De evoluties in de maatschappij vereisen een andere aanpak van (wiskunde)onderwijs, waarbij probleemoplossend denken een prominentere plaats krijgt . Curriculumontwikkelaars nemen deze vaardigheden op in de leerplannen voor het basisonderwijs. Dit heeft als gevolg dat leerkrachten op zoek gaan naar manieren om dit vorm te geven in de klas. Dit gebeurt vaak nog niet systematisch en ook evaluatie voor deze specifieke doelen ontbreekt meestal.
Door samen te werken met basisscholen willen we komen tot een onderbouwd evaluatiekader , met daaraan gekoppeld instrumenten die leerkrachten kunnen inzetten. We willen hen ondersteunen om de evolutie in het probleemoplossend denken bij hun leerlingen kwalitatief en coherent in kaart te brengen. Deze materialen zullen ontwikkeld worden in samenwerking met junior-collega ' s en het werkveld en zullen getest en op punt gesteld worden in samenspraak met de partnerscholen .
Focussen op deze doelen , en de evaluatie ervan, beïnvloed ook het begrip dat leerkrachten hebben van het einddoel in positieve zin . Hun didactische aanpak kan op die manier verschuiven van losse onderwijsactiviteiten naar het geheel van vaardigheden . De klemtoon leggen op evaluatie kan op die manier didactiek versterkend werken. Het inbrengen van meer soft skills in wiskunde zou op lange termijn misschien ook kunnen bijdragen aan de competentiebeleving van meisjes (en juffen) binnen wiskunde vorm te geven blijft voor hen moeilijk te vatten. Deze bezorgdheid wordt door zowel leerkrachten, directies en pedagogisch begeleiders verwoord.
Met dit praktijkonderzoek willen we in eerste instantie zelf op zoek gaan naar hoe we deze set van vaardigheden kwaliteitsvol en doelgericht kunnen evalueren. Daarna willen we de vertaalslag maken naar de klaspraktijk en leerkrachten werkbare tools aanreiken waarmee ze in hun klas aan de slag kunnen. Belangrijk daarbij is dat ook deze instrumenten de eigenheid van probleemoplossend denken volgen. Er kan hier dus geen sprake zijn van een strak keurslijf wat strikt gevolgd moet worden, maar waarbij praktische inzetbaarheid wel de nodige aandacht krijgt.
Katleen Velaerts